‘Het Volkerak-Zoommeer is bij droogte volledig afhankelijk van de aanvoer van zoetwater via het Hollands Diep door middel van de inlaatsluizen,’ vertelt Stefan, Adviseur Operationeel Watermanagement Kust- en Deltagebied. ‘Als die aanvoer laag is, zakt het waterpeil in het Volkerak-Zoommeer, mede doordat dit water gebruikt wordt door de landbouwsector en om door te spoelen zodat het zoet blijft. Niemand weet echter precies hoe lang het duurt voordat het peil is uitgezakt. Daarom voeren we de Praktijkproef Droogte uit. Zo kunnen we achterhalen hoe effectief de maatregel Peilopzet is bij extreme droogte in het Volkerak-Zoommeer. De proef vindt plaats vanuit het reguliere waterbeheer en binnen de grenzen van het Waterakkoord. Hierin staan afspraken over het peil en het zoutgehalte die de waterbeheerders hebben gemaakt voor het operationeel beheer van het Volkerak-Zoommeer. De bovenste peilgrens is 15 cm boven NAP en de onderste 10 cm onder NAP. Binnen deze peilgrenzen houden we het watersysteem in het Volkerak-Zoommeer zoet.’

Peilopzet

De maatregel “Peilopzet Volkerak-Zoommeer” kan de beschikbaarheid van voldoende water met een laag zoutgehalte in het meer rekken, binnen de grenzen van het huidige peilbeheer. De maatregel is beschreven in de Redeneerlijn Volkerak-Zoommeer en kan worden ingezet voorafgaand aan een verwachte langdurige periode van extreem lage Rijnafvoer. Eventueel komt dit voor in combinatie met afwaaiing op de Noordzee, waarbij weinig tot geen zoetwater vanuit het Hollands Diep meer ingelaten kan worden via de Volkerakinlaatsluizen. De verwachting is dat deze maatregel de droogtebestendigheid van het huidige waterbeheer van het meer versterkt.

Praktijkproef Droogte via twee subproeven

De praktijkproef bestaat uit twee subproeven. Stefan: ‘Bij beide proeven verhogen we het peil tot 15 cm boven NAP, het maximum dat is toegestaan. Bij de eerste proef bouwen we een zoetwaterbuffer op en spoelen we door via de Bathse Spuisluis om het zoutgehalte laag te houden. We verwachten dat de onderste peilgrens (10 cm onder NAP) binnen enkele dagen bereikt zal worden. Bij de tweede proef bouwen we ook een zoetwaterbuffer op, maar spoelen we niet door bij de Bathse Spuisluis om het meer langer op peil te houden. We denken dat hierdoor het zoutgehalte sneller zal stijgen. Zowel voor, tijdens als na de proeven monitoren we hoe lang het duurt tot het peil 10 cm onder NAP staat en wat er met het zoutgehalte gebeurt. Ook kijken we na afloop van elke subproef hoe snel de normale situatie voor peil en zout hersteld kan zijn.’

Start eerste subproef hopelijk begin september

Als alles goed verloopt, start het projectteam begin augustus met een nulmeting. Beide subproeven kunnen starten als aan de randvoorwaarden voor het peil en het zoutgehalte uit het Waterakkoord kan worden voldaan. De belangrijkste indicator is voldoende Rijnafvoer. Daarnaast vinden de proeven plaats buiten het vogelbroed- en groeiseizoen. Stefan: ‘Zo storen we de broedende vogels niet en kunnen boeren tijdens het groeiseizoen hun gewassen blijven beregenen uit het Volkerak-Zoommeer. We verwachten en hopen de eerste subproef in de eerste week van september (week 36) uit te kunnen voeren. Deze proef duurt circa 5 tot 10 dagen. Daarna zullen we het peil en het zoutgehalte in het Volkerak-Zoommeer herstellen. De tweede proef kunnen we dan waarschijnlijk na vijftien september uitvoeren. Mocht het dit jaar toch niet mogelijk zijn om de proef uit te voeren, schuiven we deze door naar 2021 of 2022.’

Bathse Spuisluis_Rijkswaterstaat. Foto: Joop van Houdt / Rijkswaterstaat

Samen werken

Zowel in de voorbereiding, tijdens de uitvoering als bij de evaluaties werkt Rijkswaterstaat samen met diverse partijen. ‘De omringende waterschappen Scheldestromen, Brabantse Delta en Hollandse Delta en de Provincie Zeeland denken mee in de voorbereiding en beoordelen de resultaten,’ aldus Stefan. ‘Deltares ondersteunt als kennisinstituut met een gezamenlijk projectplan, draaiboeken voor de proeven, de analyse van de resultaten en de eindrapportage. Daarnaast zijn andere stakeholders betrokken, zoals milieu- en landbouworganisaties, terreinbeheerders, Directoraat-Generaal Ruimte en Water en andere diensten van Rijkswaterstaat.’

Resultaten

Door de Praktijkproef Droogte hopen de partijen een verbeterd inzicht te krijgen in het gedrag van het Volkerak-Zoommeer bij een extreem lage Rijnafvoer. Stefan: ‘Het beproeven van de maatregel Peilopzet levert hopelijk kennis en begrip op bij alle betrokken waterbeheerders over de effecten en impact van de maatregel op het meer en de omgeving.’ De resultaten van de proef zijn waarschijnlijk aan het einde van dit jaar beschikbaar.

Logo Slim Watermanagement

Slim Watermanagement

De proef valt onder het landelijke programma “Slim Watermanagement”. Slim Watermanagement is een maatregel uit het uitvoeringsprogramma van het Deltaprogramma Zoetwater. Binnen Slim Watermanagement werken waterbeheerders samen om het watersysteem als geheel beter te benutten. Ze brengen kennis samen in systeemanalyses, faciliteren het delen van real-time data en werken aan gezamenlijke redeneerlijnen. Zo beschikken alle waterbeheerders over dezelfde operationele informatie, hebben ze inzicht in elkaars problemen en kunnen ze samen het operationeel waterbeheer steeds meer optimaliseren.